Na uren wachten en medische en wettelijke inspecties waren veel immigranten vaak overweldigd en nerveus bij hun eerste stappen en reis naar de straten van Amerika. Omdat veel van de passagiers uit verschillende Europese landen kwamen, wisselden zij hun geld, waaronder papier, goud of zilver, in voor Amerikaanse dollars. Voor degenen die buiten New York City op verkenning wilden gaan, waren er treinloketten die gemiddeld 25 kaartjes per minuut verkochten. De treintijden varieerden en stuurden immigranten naar het middenwesten of naar Californië.

Veel immigranten die naar Amerika reisden, waren ofwel arm of kwamen uit rijkdom met een beroep of vaardigheid waarmee ze geld konden verdienen en voor hun gezin konden zorgen. Spoorwegarbeiders, naaisters, koks, metselaars, verpleegsters of leraren zijn slechts enkele van de beroepen om er maar een paar te noemen.